This page does not need to be proofread.

182 De zieneres Velleda woonde op de hei, Waar zij planeten las, en werkte met het ei. Daar zien wij dan den held haar plaghut binnentreden, Wen zij verzonken zat i n heidensche gebeden, Te midden van haar ganschen attributen-schat: De koffie en de kous, de kaarten en de kat. Maar nauwlijks zag zij den bezoeker binnenkomen, Of zij begon met radde tong hardop te droomen: „Gij krijgt een blonde vrouw; en kindren zonder tal; U wacht een verre reis; een zwarte vogel zal " „Pardon, juffrouw," viel Claudius haar i n de rede, „Och, deelt u dat maar aan uw andre klanten mede. Het zal wel waar zijn, maar daar kom ik nu niet voor" Toen fluisterde hij snel Velleda iets i n 't oor: Het was zijn eigen plan! Hij knipoogde veelzeggend, Toen zei ze 't hardop na — kwansuis de kaarten leggend Nu kon hij 't volk verzeekren, met een schijn van recht„Dat heeft de zieneres Velleda mij gezegd." Zoo doe ik met mijn arts, en 'k kan 't u aanbevelen, Om met uw dokter ook dat spelletje te spelen: Eerst doe ik hem een lang en intressant verhaal Van de symptomen van mijn (ingebeelde) kwaal; Dan zeg ik zoo terloops, half in gedachten quasi, Bij voorbeeld: ,,'k Hou van runderlappen met spinazie Nu krabt mijn eskulaap zich even achter 't oor, En schrijft mij runderlappen met spinazie voor.

DERDE ZANG. BR1NI0. — D E VOLKSVERGADERING IN H E T HEILIGE WOUD D E INNEMING V A N CASTRA V E T E R A . Geen mes of schaar, die 't hoofd mij raakt, Eer 't Vaderland is vrij gemaakt. Van Lennep.

Het plan van Claudius, waarin ik daar bleef steken, Zal 'k nu, met je verlof, beknoptelijk bespreken. Hij had i n Rome deze wijsheid opgedaan, Dat eerlijkheid en oorlog kwalijk samengaan. Zoo kwam hij op 't idee, zijn plannen te verdoezelen, Om met den vijand wat te kunnen blijven smoezelenAan Rome bleef hij trouw — dat is, hij hield ?ich zoo