Page:1920 - Engelsch-Nederlandsch Woordenboek DP.pdf/38

This page needs to be proofread.

ALLITERATE.


  • — the better for = veel beter vanwege; If you do it at — = nog, soms mocht doen; I asked her if she was at — acquainted with him = soms ook; If you are telling a lie at — = toch eenmaal liegt; What she did at —, she did thoroughly = wat ze nu eenmaal deed; The be — and end — of life = in zijn geheel; Take that man for — in — = geheel zooals hij is; For — I know = voor zooverre ik weet; This is a time of — others = vooral een tijd; How can you say such things, and about me of — people = en nog wel van mij; To-night of — nights = nog wel van avond; Fifteen — = 15 gelijk (bilj.); How could you understand at your age and — = trouwens ook op jou leeftijd; Not at — = in 't geheel niet; —-comers = allen, die zich aanmelden; —-father = alvader, godheid; —-fools' Day = de eerste April; —-fours = een zeker kaartspel; An —-gone sensation = gevoel, dat men voor de poes is; —-hail = gegroet! —-hallow(s) = Allerheiligen, 1e November; An —-in match = wedstrijd, waaraan allen meedoen, bijv. potspel (bilj.): —-over, ziek, misselijk; —-overish = onlekker; —-round = rondom, in den regel, veelzijdig, van zessen klaar: An —-round actor = voor alle rollen geschikt; —-round price (rate) = uniform vracht, prijs van een artikel in zijn verschillende soorten; —-Souls' Day = Allerzielen, 2e November; —-spice, myrt, nagelbol, pimentbes; The —-wise (—-powerful, and —-good) = de Alwijze, etc.
  • Allah, [`ala], Allah; Allahabad, [|alahab`âd].
  • Allay, [[e]l`e`i], doen bedaren, stillen, verzachten, verlichten; —er, verzachter, verzachtend middel.
  • Allegation, [|alig`e`i[vs]'n], bewering, getuigenis; citaat.
  • Alledge, Allege, [[e]l`ed[vz]], verklaren, aanvoeren , beweren; adj. —able.
  • Alleghany, [`al[e]geini]: — Mountains.
  • Allegiance, [[e]l`îd[vz]'ns], trouw: Oath of — = eed van trouw; To swear —; Allegiant, trouw.
  • Allegoric(al), [|al[e]g`orik('l)], allegorisch; —alness; |Alleg|oriz`ation = allegor. behandeling; `A`llegorize = allegor. voorstellen; `A`llegory = allegorie.
  • Alleluia, [|alil`ûj[e]], Hallelujah!
  • Al(l)emanni, [|al[e]m`anai], Allemannen; Allem`a`nnic, Allemanisch.
  • Alleviate, [[e]l`îvj|e|it], verlichten, verzachten; Allevi`ation = verzachting(smiddel); All`evi|ator = verzachtend middel.
  • All(e)y, [`ali], steeg, laan, gang, baan (kegel —): Blind — = blinde steeg.
  • Alliance, [[e]l`a`i'ns], verbond, verbintenis, verwantschap, band: To enter into (form, make) an — = een verbond aangaan.
  • Alligation, [|alig`e`i[vs]'n]: Rule of — = alligatie rekening.
  • Alligator, [`alig|e|it[e]], (Amerikaansche) krokodil, kaaiman.
  • Alliterate, [[e]l`it[e]r|e|it], allitereeren; Alliteration, [[e]lit[e]r`e`i[vs]'n], stafrijm, alliteratie; All`i`ter|ative, allitereerend.