Page:1920 - Engelsch-Nederlandsch Woordenboek DP.pdf/520

This page needs to be proofread.

HIEROPHANT.


  • Hierophant, [h`a`ir[e]f|ant], [h|a|i`er[e]fant], hoogepriester.
  • Hifalautin, [haif[e]l`ôtin]. Zie High-faluting.
  • Higgle, [h`ig'l], rondventen, afdingen, zaniken of vallen over kleinigheden, vitten; —r = afdinger, venter.
  • Higgledy-piggledy, [h`ig'ldip`ig'ldi], onderstboven, in volkomen verwarring, overhoop; subst. verwarde hoop.
  • High, [hai], hoog, verheven, machtig, edel, aanmatigend, hevig, sterk riekend, pikant, scherp: The Most — = de Allerhoogste; This word must be written with a — M = groote M.; — and dry = hoog en droog; geborgen, in zekerheid; vastgezet, in 't nauw gebracht: These people are — and dry conservatives = ouderwetsche, onvervalschte; With a — hand = uit de hoogte, brutaal, onbeschaamd; — Bailiff = vroeger voor Sheriff en Mayor gebruikt, baljuw; It is — day = klaar dag; That is all — Dutch to me = volkomen onbegrijpelijk; — German = Hoogduitsch; — jinks = groote jool; —life = de groote wereld; — noon = 's middags 12 uur; On the — seas = in volle zee; — Sheriff = de voor één jaar door den koning benoemde hoogste ambtenaar van een county; It is — time = hoog tijd; — old time = de goede oude tijd; — treason = hoogverraad; — water = hoog water; — wind = krachtige wind; — wine = sterke cognac (Amer.); On — = omhoog, in de lucht; To carry it — = airs aannemen; —-aimed = met een verheven of groot doel; —-blown pride = opgeblazen trots; —-bred = van zuiver bloed of ras, voornaam; —-born = van edele geboorte; —-caste = van hoogen rang; —-church, subst. Anglikaansche kerk van meer orthodoxe richting, in zooverre in verband met de Oxford of Tractarian Movement (sedert 1833) meer nadruk wordt gelegd op de beteekenis en handhaving van het Ritualism of Anglican Sacerdotalism; adj. tot die kerk behoorende; —-churchism = beginselen der —-church; —churchman = aanhanger dezer kerk; —-class work = uitstekend; —-cockalorum = bok sta vast (kinderspel); —-coloured = met hooge, sterke kleur; in bloemrijken stijl, sterk gekleurd; — court of Justice = hoog gerechtshof; —-cross = kruis, vroeger op de markten geplaatst; —-day = hoogtij, feestdag; bloeitijd; —-faluting = hoogdravend, bombastisch, gemaakt (Am.); —-fed = volgepropt, gemest, weelderig; —-flier = fantast, wijsneus, zwendelaar: He was a —-flier at fashion = erg op de mode gesteld; —-flown = trotsch; opgeblazen, eerzuchtig; —-handed = aanmatigend, willekeurig; —-heeled: She has her —-heeled shoes on (Amer.) = wat draait zij op haar hakjes, wat steekt ze den neus in den wind; —land = hoogland: The —lands = bergachtig deel van Schotland; —land fling = Schotsche dans, horlepijp; —lander = bewoner van de —lands; —-lived, [h`a`ilaivd], voornaam; —-living, [hail`ivi[n,]], het leven op grooten