Page:United States Statutes at Large Volume 62 Part 2.djvu/1222

This page needs to be proofread.

62 STAT.] NETHERLANDS-ECONOMIC COOPERATION-JULY 2, 1948 2511 dan wel tot die producten of wijzen van voortbrenr;ing, gebruik of verkoop, welke evenmin voorwerp van zodanige verlening kunnen zijn; en (g) zodanige andere praktijken als beide Rege ringen zouden kunnen overeenkomen om daartoe te rekenen. 4. Overeenstemming bestaat daarover, dat de Tederlandse Regering alleen na behoorlijk onderzoek en beoordeling, verplicht zal zijn om, in bijzondere gevallen stappen te ondernemen overeenkomstig lid 3 van Artikel II. 5. Overeenstemming bestaat daarover, dat de zinsnede in Artikel V "met behoorlijke inachtneming van de redelijke behoeften van Nederland aan zulke grondstoffen en materialen voor binnenlands gebruik" zou kunnen insluiten hot handhaven van redelijke voorraden van de betreffende grondstoffen en materi- alen en dat de zinsnode "export op commerciile basis" ook ruil-transaoties zou kunnen omvatten. Eveneens be- staat overeenstemming daarover, dat schikkingen, ge- troffen kraohtens Artikel V, indien daarvoor rednenn zouden ziJn, zouden kunnen omvatten een voorziening betreffende overleg in overeenstemming met de begin- selen van Artikel 32 van het Havana Handvest voor een Internationale Handels Orgenisatie,voor het ge- val, dat gevormde voorraden worden geliquideerd. 6. Overeenstemming bestaat daarover, dat aan de Nederlandse Regering niet zal worden verzocht om krachtens lid 2 (a) van Artikel VII & detailleerde berichten betreffende projecten van ondergeschikt belang te verschaffen noch vertrouwelijke handels- of teahnische informatie, wier bekendmaking recht- matige commerciele belangen zou kunnen sohaden. 7. Overeenstemmirg bestaat daarover, dat de Regering van de Verenigde Staten van Anerika, wanneer zij de kennisgevingen, vermeld in lid 2 van Artikel IX, zdou doen, zich benust zal ziJn van de wenselijk- held om zover als practisoh mogelijk zal ziJn, hat aantal ambtenaren voor wie volledige diplomatieke privileges zouden kunnen worden verzooht, te beperken. Eveneens stemmen Partijen overeen, dat de gedetailleer- de aanvxagen bedoeld in Artikel IX, indien nodig voor- werp van intergouvernementele besprekingen zouden kun- nen uitmaken. 8. Overeenstemming bestaat daarover, dat alle overeenkomsten, welke zouden kunnen worden afgesloten op grond van lid 2 van Artikel X, onderhevig zullen zijn aan ratificatie door de Senaat van de Verenigde